Duikend
Temse
Wordt
50

Welkom. Graag nodigen we de lezer uit om, samen met ons, de vinnen en de duikbril aan te trekken en onder te duiken in een generatiegolf van een halve eeuw geleden.

We zetten ons kompas op 1947 en geven ons over aan de greep van het water. Het onder- en bovenwaterlandschap toont ons een Europa dat zijn wonden likt na de Tweede Wereldoorlog. Geboren en getogen in de schoot van de Schelde vinden vier ondernemende waterratten de veerkracht om de Temse Watersport Vereniging op te richten (kortweg T.W.V.).

Wat klein begint, groeit en groeit. De kanoactiviteiten (met een Olympische selectie!) vormen de basispijler. Gaandeweg worden de kanopeddels vervangen door motor en mast (slim, want dat kost minder moeite) en ontstaat de yachting-afdeling. Onze duikwijzers geven 1949 aan. De wassende zee heeft al veel sporen uit het zand gewist,

maar de herinnering aan Gabriël Wouters (Gaby voor de vrienden) blijft levend. Gaby neemt het roer in handen, en zal dat veertig jaar lang stevig en kundig blijven doen. Ondernemen is durven dromen en Gaby Wouters was zo’n dromer. Na eerst zijn talenten te verweven met de weverij ‘n.v. Wouters’, verankert Gaby zijn waterpassie met Temse en omstreken.

geboorte duikers

Door het stof van de tijd nadert ons kompas het einde van de jaren ’50. Gaby en enkele andere clubleden beginnen te duiken. Het zijn nog de pioniersjaren van duikend België. Zo neemt Gaby onder meer deel aan de allereerste vergadering van de Belgische diepzeeduikers, wordt hij medestichter van de ‘Belgische Federatie voor Onderwateronderzoek en -sport’ (kortweg B.E.F.O.S.) en is hij in 1959 medestichter van het ‘Centre d’Activité Sous-marines’ (kortweg C.A.S.), waarvan hij tien jaar ondervoorzitter blijft.

Recreatieve duikers, zonder de toen gangbare harpoen, dringen meer en meer de onderwaterwereld binnen.

Trimvesten ontbreken nog grotendeels in het waterbeeld. Opleidingen worden nog volop geformaliseerd. Flessen gevuld krijgen is een moeilijke opgave. Gaandeweg professionaliseert de duiksport zich in België en de rest van de wereld. Duiktekens worden gestandaardiseerd en een standaardcursus wordt uitgewerkt.

In 1966 stichten zestien kloeke leden binnen Temse Watersport de duikafdeling. Voorheen volgden ze lessen in Brussel en trainden ze in het zwembad van Sint-Niklaas. Maar van zodra het Scheldebad in Temse zwemklaar is – we dateren 1969 – springt een bende gretige duikers in het verse chloor. De duikschool in Temse is dan al enkele jaren actief.

Los van Gaby Wouters laten ook de andere clubleden zich opmerken in duikend België. Zo wordt Jeannine De Kimpe BEFOS-bestuurslid en wordt Jean Sax van 1977 tot 1986 de nationaal verantwoordelijke voor het BEFOS-Duikonderricht. Verschillende leden van Temse Watersport hebben een sterk engagement met de ‘handi-divers’ (nvdr: duikers met een handicap) en het filmmateriaal van onze cameraman Paul Engels duikt geregeld op in de duikshops in Zeeland.

Het duikgedrag en -materiaal evolueert gestaag. De tijd van kreeften pakken en amforen opduiken ligt al lang achter ons. Een van onze anciens vertelt nog over een plastic zak van de Aldi, die hij gebruikte om op te stijgen, maar die hij met plezier verving door een trimvest met een aansluiting op de perslucht van de fles. Droogpakken zijn ondertussen geen rariteit meer en deze gewatteerde subcultuur binnen de duikers kent een stevige uitbreiding.

In 1990 beukt het ontij met bruut geweld tegen Temse Watersport. De helikopter van Gaby slaat te pletter op de Franse

grond van Bretagne. Gaby en zijn medepassagier overlijden ter plaatse en onze club blijft verweesd achter. Gelukkig ontstond in al die jaren een breed kader. De stoffelijke resten van Gaby zijn sinds lang opgegaan in de leemgrond van Temse, maar zijn vleesgeworden droom leeft verder. In 1997 wordt dit bekroond met de titel ‘Koninklijk’, en T.W.V. wordt K.T.W.V. Omdat de duikafdeling van Temse pas later gesticht werd, moet tot 2016 gewacht worden om dat jubileumfeest nog eens over te doen. (Maar twee keer feesten vinden wij niet erg).

Ook in de club verandert in al die tijd veel. De prille pioniers zijn de fossielen van nu. De jeugd van toen is de harde kern van nu, met in haar kielzog de jeugd van nu. Een halve eeuw lang breidt het huisrif van varend en duikend Temse zich verder uit. In haar vijftig jaarringen zien we hoe nieuwe koraaltakken zich ontpoppen en andere als witgebleekt koraal naar de archieven verglijden. De jongste koraalspruit van Temse Watersport legt tevens een stevige basis voor de toekomst. De jeugdduikafdeling duikt op in 2001 en kan al jaren op een sterke bezetting rekenen.

Zowel de yachting- als de duikafdeling kennen een relatief elitair begin: om lid te worden dien je voorgesteld te worden door een bestaand lid. En dan moet je maar spannend afwachten op de goedkeuring van je aanvraag tot lidmaatschap. Gaandeweg evolueert Temse Watersport zich van een privéclub tot een sportvereniging met een open karakter en stelt ze zich open voor alle rangen en standen.

Met het ‘duim omhoog’-teken eindigen we onze droge duik en we komen boven water op een receptie met Cava en hapjes à volonté. Met zijn bezetting van in totaal 94 leden, waarvan dertien instructeurs en tien assistent-instructeurs,

staat duikend Temse klaar om jong talent op te leiden.

een eigen nest

De Schelde en Temse Watersport zijn buddy’s van het eerste uur. In de jaren ’70 verandert onze Schelde echter in een open riool en loost de industrie er duchtig op los. Knap stuk metaal dat in die oliedrab nog kan roesten en de kwalijke geurtjes verdunnen zienderogen de gelederen van Temse Watersport. Met het groeien van de eco-gedachte en een inertie van een tiental jaren keren de vissen terug in de waterloop. Rond en gezond kust de Schelde nu weer met haar zoete mond het zoute speeksel van de zee, een verlangen dat wij als Oosterscheldeduikers delen.

Met als stevig fundament de waterliefde van zijn leden, bouwt Temse Watersport laag per laag haar eigen koraalrif aan de oevers van de Schelde. Maar dat verloopt niet altijd vlotjes. De eerste stek aan de Schelde – toen nog enkel pontons voor de boten – moet opgegeven worden. De uitbreidende Boel-scheepswerf verstikt onze thuishaven, en onze club vaart stroomafwaarts naar een stekje naast de Scheldebrug. Een eigen kalkhuisje wordt samengesteld en likt de zilte kalk uit het water, met hier en daar wat materiaal van de nabijgelegen Boel-scheepswerf dat binnenwaait in ‘permanente bruikleen’. Als bouwstijl wordt het Meccano-systeem gebruikt, net als speelgoed passen de metalen balken netjes in elkaar. Het resultaat, dat groeit en groeit van 1962 tot 1970, is een groot clubhuis met twee verdiepingen, een terras en meerdere loodsen.

In 2007 moet Temse Watersport wederom zijn vertrouwde habitat verlaten. We worden verstikt door zand. Veel zand. Het plaatselijk zandwinningsbedrijf en de bouw van een
tweede brug over de Schelde trekken ons uit onze vertrouwde schelp, en we drijven weer stroomopwaarts, op zoek naar een nieuw huisje. Ons nieuwe huisrif vindt een thuishaven op ‘de Zaat’, een kersvers woon- en industriecentrum te Temse. Vanuit ons kalken rif van steen en cement kijken we nu, met een frisse pint in de ene hand, en een zwartdoorbakken stuk pizza in de andere hand, vanaf de eerste verdieping naar de lichtjes van de Schelde. Onze toog heeft overigens terug de vertrouwde vorm van een scheepsromp.

Maar eind 2015 snoert een gemene stikstofbel onze werking weer af. De zwemkom van ons oude, getrouwe zwembad begint te scheuren (en nee, de ruige wedstrijden onderwaterhockey zijn hiervan niet de reden), en we moeten het Scheldebad inruilen voor het – soms berekoude – zwembadwater van Bornem. Maar het tij zal keren: nog een dikke duizend keer slapen, en we plonzen in het spiksplinternieuwe zwemcomplex te Temse.

fris en monter

De gezondheid van de club is de som van de inzet van de individuele leden. En die som is groot in Temse. In al die jaren meandert Temse Watersport doorheen het veranderende politieke, industriële en natuurlijke landschap en overleeft de uitdagingen van alledag. De club vormt een hechte groep en kan een logboek

van vijftig jaar actief duiken voorleggen.

Bestaande activiteiten vormen vaste waarden en nieuwe initiatieven worden nog steeds verwelkomd. De jeugdduikafdeling is een belangrijke nieuwe telg. Binnen de reguliere duikactiviteiten en trainingen is plaats voor het jaarlijkse kampeer- en duikweekend in Kerkwerve, de bootjesduik, nettrainingen, verbroederingsduiken, de Kerstduik, een engagement met de ‘handi-divers’, … Het gehucht ‘Buitenland’ ligt aan de overzijde van de Schelde, maar onze reizen zijn ambitieuzer. De Malediven, Spanje en de Rode Zee, met als uitschieters de Galapagoseilanden, passeren geregeld de revue. En zo draagt ook de duikclub van Temse haar loodblokje bij aan de opwarming van de aarde en de zeeën.

edereen is welkom in onze club. De gemeenschappelijke noemer is de passie voor het duiken en de onderwaterwereld. Een duikclub vormt een minimaatschappij en is een toetssteen voor het aanscherpen van sociale vaardigheden. De buddygeest die hiermee gevormd wordt, vervlecht de vriendschap met de vezels van de buddyline, en overstijgt daarmee de fysieke band van het touw. Bij ziekte staan clubleden gretig klaar om een clublid waar mogelijk te helpen, en ontstaat spontaan een sociaal vangnet.

Wast de zee de rotsen?
Of wassen de rotsen de zee?
Ik denk dat het beide is.
De club wordt wat wij ervan maken.
En wij worden wat de club van ons maakt.
ALFONS HEYRMAN (FONNY)

      ©Temse duikers | Privacyverklaring | Statuten | RIO